Onze voorstellers maken je buurt leefbaar
Meer civil dan Jochem vind je ze niet snel
Bij Civil Support zijn we vandaag bezig met de leefomgeving van morgen. Ook die van jou. Dat vraagt om het nodige voorstellingsvermogen. We zetten onze Voorstellers dan ook graag in de spotlight.
Onze Civil engineer Jochem Braat is de eerste die weet hoe de optimale buitenruimte eruit komt te zien en wat daarvoor moet gebeuren. Binnen vier muren werkt hij aan dynamische ontwerpen voor buiten, waar helemaal niemand nog een vraag over heeft.
Civil engineer bij Civil Support. Zelfs je leidinggevende had er geen pasklare definitie voor. Wat is er zo ‘civil’ aan wat je doet?
‘Als Civil engineer maak ik ontwerpen van openbare ruimtes. Niet qua design, maar op het gebied van techniek, voorbereiding en uitvoering. Onze ontwerpen moeten nogal eens geïntegreerd worden met bestaande of nieuwe bouwplannen in hetzelfde gebied. Het in elkaar passen van verschillende plannen vraagt om een gedegen voorbereiding. Daar komt het nodige rekenwerk bij kijken. Simpel gezegd houd ik me bezig met datgene dat je niet direct ziet als het is opgeleverd, maar waar wel rekening mee moet worden gehouden bij het aanleggen.’
‘Als de eerste schop de grond ingaat, heb ik al talloze uren in het project zitten’
Waar moet ik dan concreet aan denken?
‘Het gebied waarop we ons kunstje doen, is nooit een volledig nieuw stuk grond. In Nederland heeft iedere vierkante meter een geschiedenis, met de infrastructuur en bestemmingen die daarbij horen. Bestaande bovengrondse en ondergrondse infrastructuur is aanwezig, terwijl voor de nieuwe plannen ook weer graafwerkzaamheden, technische voorzieningen en ondergrondse installaties nodig zijn. Geen enkele aannemer met gezond verstand zal in het wilde weg gaan graven, omdat de kans op aanzienlijke schade aan wat behouden moet blijven groot is. Voor je het weet zit er een hele buurt zonder water, stroom, internet of deugdelijke afvoer. Je moet dus weten wat er allemaal al ligt, waar het ligt, en waar ruimte is om datgene te plaatsen dat erbij moet komen. En uiteraard wat er moet gebeuren om het oude en het nieuwe samen te brengen tot één werkend geheel. Vanuit mijn rol maak ik onder meer grondstromen inzichtelijk met 3D-ontwerpen en bereken ik de benodigde hoeveelheid grondverzet. Mijn ideeën en bevindingen leg ik vast in een bestek waarin alle ontwerpuitgangspunten onderbouwd verwerkt zijn. Kortom een draaiboek waar de uitvoerende dames en heren mee aan de slag kunnen.’
Jouw bijdrage zit dus helemaal aan de voorkant van een traject.
‘Klopt. Als de eerste schop de grond ingaat, heb ik al talloze uren in het project zitten. Zo heb ik onder meer stedenbouwkundige plannen uitgewerkt, bestaande bouwplannen geïntegreerd met de plannen voor de buitenruimte en hoogteplannen uitgewerkt en geoptimaliseerd.’
‘Iedereen in dit vakgebied weet dat je in je eentje helemaal niets klaarmaakt.’
Wat heeft ‘hoogteplannen optimaliseren’ met grond te maken?
‘De term kan wat verwarrend zijn, maar het heeft wel degelijk met grond te maken. Het houdt in dat ik met onze Adviseur stedelijk water een plan opstel waarbij we potentiële uitdagingen qua afvoer van regen- en afvalwater inzichtelijk maken. Zodat we het vervolgens optimaal kunnen inregelen in de plannen voor het gebied. Water stroomt van nature omlaag. Door hoger gelegen delen te bebouwen en lagere delen in te richten als weg of groenzone voorkomen we wateroverlast. Dit geldt ook voor grote parkeerterreinen of pleinen, waar geen ongewenst water op straat moet blijven staan. Dat klinkt logisch, maar moet in de praktijk zeer nauwkeurig berekend worden. Dat is ook één van de dingen die ik doe.’
Is het niet frustrerend dat jouw bijdrage aan het project in het eindresultaat niet direct tastbaar is? Althans, niet bovengronds.
‘Zo voel ik dat helemaal niet. Iedereen in dit vakgebied weet dat je in je eentje helemaal niets klaarmaakt. Ik leg de basis, andere collega’s geven een voorzet en weer anderen koppen hem in. En we vieren het samen.’
Dat is wel heel civil inderdaad.
‘Cirkel rond, toch?’